Gisteren fietste ik door het buitengebied en daar kwam ik Doarmer tegen, die bezig was het verkeer te regelen. Ik riep “ He Doarmer, wat heb ik nu gelezen, ben jij parelvisser geweest?”. En Doarmer riep terug” Pastoor , ik ben net toe aan mijn koffiepauze, waarom drink je niet een kopje mee?”. En zo gebeurde het, dat wij genoeglijk samen aan de koffie zaten daar in het buitengebied van W. Nu is de functie van verkeersregelaar in het buitengebied machtig interessant en uitdagend, maar een bestaan als parelvisser heeft iets mysterieus en het is ook een beroep dat in zekere zin bij Doarmer past. “ Waarom ben jij eigenlijk daarmee opgehouden?” vroeg ik hem en Doarmer begon te vertellen en het was een heel droevig verhaal over een ongelukkige liefde en dat de baan als verkeersregelaar hoe uitdagend dan ook toch meer een vlucht was. Nadat hij mij zijn verhaal verteld had, haalde hij een klein doosje uit zijn broekzak en liet mij de inhoud zien, het waren prachtige parels. “ Die had ik speciaal voor haar opgedoken, wekenlang ging ik met gevaar voor eigen leven diep en soms zelfs te diep, ik kwam op plaatsen, waar nog nooit een parelvisser had gedoken, alleen maar voor haar. Helaas heb ik de parels nooit kunnen geven”. “ Ze hield niet van je?", zei ik. “ Weet ik niet ”, zei Doarmer, “ ze had gewoon geen tijd, dat heb je met die moderne vrouwen, altijd druk bezig met de carrière.” Als pastoor heb ik daar natuurlijk geen ervaring mee, maar ik loop niet zo snel weg, als ik problemen bij mijn medemens constateer en ik had het gevoel, dat ik nu eindelijk begreep waarom Doarmer voor zijn huidige beroep had gekozen, want het is wel eenzaam daar in het buitengebied. Goed, je hebt natuurlijk het verkeer, maar dat is er niet altijd, soms gaan er dagen voorbij, zonder dat je eigenlijk van verkeer kunt spreken. Ik begon Doarmer met andere ogen te bekijken, ik zag nu waarom hij zo gedreven met zijn werk bezig was. Doarmer’s leven was één grote verdringing en ik pastoor te H. had het niet gezien! “ Ik weet nog wel een goede katholieke vrouw voor je”, zei ik “ het is een weduwe en ze woont in de Achterhoek” “ Ja”, zei Doarmer” dat weet ik, maar die is recentelijk nog omgebouwd en voor mij is dat niks, te androgyn en bovendien, neem het me niet kwalijk pastoor, maar in elke katholieke vrouw zit een non verborgen ”. Tja ,wat moet je dan zeggen, dat Doarmer niet geschikt is voor een celibatair leven, dat is duidelijk. Gelukkig reed er op dat moment net een auto voorbij en wie zaten daar in die auto, jawel, Berend en Pamela Z. uit Groningen. Achter de auto hing een aanhangwagentje vol met siepels. Dat was Berend ten voeten uit. “ Berend en zijn charmante Pamela “riep ik “ “Wat heb ik lang niets van jullie gehoord, hoe is het?” Wel het bleek ontzettend goed te gaan, de siepelrecepten van Pamela zijn nog steeds een hype en het geld stroomt binnen. Je kon het ook aan hun kleren zien, Pamela zag er betoverd uit in haar tijgerrokje en bontjasje en ook Berend had een spiksplinternieuw kostuum aan en het paste ook wel bij zijn gele klompen, het was wel apart. Ik zag Doarmer , net als ik, met een schuin oog naar Pamela kijken. Een goed teken, dacht ik, hij heeft in elk geval weer belangstelling voor andere vrouwen. Enthousiast nodigde Pamela ons uit om een bezoek te brengen aan hun nieuw buitenverblijf in het noorden van Groningen en daarover later meer.
Pastoor te H.
Pastoor te H.
1 opmerking:
'n Kijkje in de keuken is nooit weg'. Alleen ik zie niet zo veel door mijn waterige ogen vandaag.
Een reactie posten