zaterdag, oktober 21, 2006

Kommunikaasje

Het woord bestaat in mijn geest voordat het in taal is omgezet. Ik zoek naar de juiste klanken om het tot uiting te brengen. Het moet jullie kunnen bereiken zonder dat het mij verlaat. En zogauw jullie horen wat ik in mijn hart heb, is het in jullie hart. Het bevindt zich in ons beiden, en jullie bezitten het nu zonder dat ik het ben kwijtgeraakt. En zoals mijn woord omgezet moest worden in geluid om gehoord te worden, zo nam Gods woord gedaante van vlees aan om gezien te worden.

Augustinus : Sermones (Preken)

Deze klassieke opvatting, waarbij de taal als een perfect communicatiemiddel functioneert “ zogauw jullie het horen , zit het ook in jullie hart” wordt door een aantal 20ste eeuwse taalfilosofen onderuit gehaald. Wat zit er in het hart van de toehoorder? En hoe “vertalen” wij onze gedachten in taal? Je hoort mensen wel eens zeggen “taal is voor mij communicatie”, maar misschien heeft taal ook wel een “verhullende functie”, je wilt d.m.v. de taal iets beslist niet duidelijk maken. Het steeds wisselend woordgebruik op maatschappelijk gebied is in deze zeer interessant. Zelfs de uitspraak van Augustinus “zonder dat ik het ben kwijtgeraakt” is twijfelachtig. Ja, it bliuwt nijsgjirrich.

Geen opmerkingen: