Ik bin mar sljochtwei master yn’e stêd
En doch wat de dei my jout;
Ik haw gjin diel oan’t grutte wurk
Dat wrâld syn foarmen bout
Zo begint een gedicht van Obe Postma(1868- 1963), een Fryske boeresoan en werkzaam in het onderw. als leraar natuurkunde. Doarmer kan zich indenken, wat de dichter voelde, toen hij deze woorden opschreef.
Vertaling:
En doch wat de dei my jout;
Ik haw gjin diel oan’t grutte wurk
Dat wrâld syn foarmen bout
Zo begint een gedicht van Obe Postma(1868- 1963), een Fryske boeresoan en werkzaam in het onderw. als leraar natuurkunde. Doarmer kan zich indenken, wat de dichter voelde, toen hij deze woorden opschreef.
Vertaling:
Ik ben maar een eenvoudige schoolmeester in de stad
En doe wat de dag mij geeft;
Ik heb geen deel aan het grote werk
Dat de wereld vormt.
5 opmerkingen:
Wat zeggen mensen als de lente
durft te blinken op momenten
dat ik zuchten moet en zinken
in een bui van lik-me-vessie
een depressie, die zich vastklampt
aan mijn ziel met kleine krammetjes?
Er zijn weer Lammetjes
Er zijn weer Lammetjes
Er zijn weer Lammetjes
(Ivo De Wijs)
Eenvoud?
En wilt u ook een bammetje
Een bammetje
Eén lekker bammetje
mevrouw,
in die bui van lik-me-vessie
een depressie, die zich vastklampt
aan uw ziel
met kleine krammetjes?
Doarmer vindt een "Snelle Jelle " ontbijtkoek van Wieger Ketellapper ook heel lekker, vooral samen met een stukje lamsvlees.
Muntsaus,
lammetjes moet je opdienen in muntsaus. En natuurlijk met Vlaamsche Frieten.
En natuurlijk met een Brabants biertje.
Een reactie posten