Het is donderdagochtend 9.25 uur, de zon schijnt en Doarmer zit op de zolder van een onderw. instelling. Hij denkt wat na over een aantal zaken, want hij heeft net een goed gesprek ,“ein silbernes Gespräch”, gehad. Af en toe komt dat voor en nog zeldzamer is het, dat zo’n gesprek plotseling “ogen opent”. Men bekijkt iets van alle kanten, men ruikt eraan, knabbelt en proeft, werpt het in de lucht en vangt het weer op, maar het begrip wil niet komen en dan ineens komt de oplossing van een toevallige voorbijgangster. Voor Doarmer een soort Maria-verschijning.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten