Uiteindelijk zijn wij, vastgepinde hersenschimmen die onszelf waarnemen en onszelf verzinnen, wondertjes van zelfverwijzing…… Wij mensen, die halverwege de onmogelijk zichtbaar te maken kosmische onmetelijkheid van het gekromde ruimte-tijdcontinuüm en het twijfelachtige, schimmige flikkeren van geladen kwantums veeleer zweven als regenbogen en hersenschimmen dan als regendruppels of rotsblokken, zijn onvoorspelbare gedichten die onszelf schrijven, vage, metaforische, ambigue en soms buitengewoon mooie gedichten. Onszelf zo zien is waarschijnlijk niet zo opbeurend als geloven in onverwoordbare, bovennatuurlijke, met eeuwig leven beladen wolkjes, maar er staat iets tegenover. Wat je prijsgeeft is een kinderlijk gevoel dat alles precies is wat het lijkt.
Douglas Hofstadter
Douglas Hofstadter
Deze woorden spreken Doarmer aan en hij herkent Berkeley erin. In zekere zin scheppen wij onze wereld, schrijven wij “ons gedicht”. En wat zijn wij? Hofstadter zegt , dat wij schimmig zijn, wij lijken meer op een regenboog dan op een tastbare regendruppel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten