Johannes Hendrikus Zelle (Leeuwarden 1907- 1983) was een markante en eigenzinnige predikant behorende tot de Gereformeerde Kerken in Nederland. Hij is geboren als zoon van Jacob Zelle en Antje Zelle-Brouwer. Hij is na een studie theologie aan de Vrije Universiteit(kandidaatsexamen 1944) betrekkelijk korte tijd werkzaam geweest als predikant in Friesland, maar zonder standplaats. Op 16 juni 1949 wordt hij in Rockanje beroepen, op 21 oktober 1949 wordt Zelle toegelaten tot het ambt, op 6 november daaropvolgend wordt de bevestigingsdienst gehouden in de Gereformeerde Kerk. Na een roerige periode, waarin Zelle op 'zijn eigen wijze' als predikant werkzaam is, vraagt hij vervroegd emeritaat aan, per 1 april 1956 wordt dat ingewilligd. Zelle staat dan in Rockanje en daarbuiten bekend als een excentrieke verschijning, met zijn relatief lange, zwarte haar, sportieve inborst, ongezouten meningen en felle stijl van preken. Als 'herder en leraar' van de gemeente functioneert hij niet zoals de inwoners van Rockanje zich van een dominee hadden voorgesteld: hij bekommert zich niet nadrukkelijk om het wel en wee van zijn kudde, de pastorie is niet het warme middelpunt van de geloofsgemeenschap (Zelle heeft geen verwarming en een geïnstalleerde kachel weigert hij te branden) en na wat onenigheid met het kerkbestuur waarbij Zelle ook beschuldigd wordt van eigengereid optreden in financieel opzicht (hij zou de pastorie hebben verhuurd ten bate van zijn eigen portemonnee) moet Zelle vertrekken. Zelle is (en blijft) ongehuwd, iets dat ook opzien baart, niet in de laatste plaats omdat hij gezien wordt als een aantrekkelijke man die met enige regelmaat warme belangstelling krijgt van het vrouwelijk deel van zijn parochie. Hij gaat terug naar Leeuwarden en trekt in bij zijn moeder aan de Gysbert Japicxstraat 82 en gaat iedere dag naar het zwembad in Huizem Zelle wordt een 'preektijger', die met zeer grote regelmaat uitgenodigd wordt door tal van kerkbesturen in het hele land, met name in het noorden. Hij komt, vaak op de racefiets, na een schriftelijke afspraak (een telefoon had hij nimmer) preken, krijgt de kerk vol met klippenklare, conservatieve en ouderwets ingedeelde preken, inclusief tussengezang, waarbij hij het onorthodoxe in de uitvoering niet schuwt. Zelle buldert, zingt, springt en boeit niet alleen daardoor de mensen: de kerken zitten doorgaans vol als Zelle komt preken. Zijn bezoeken aan dorpen waar hij komt prediken zijn vermaard: men weet, Zelle moet ontvangen worden met een stevige tot zeer stevige maaltijd, die hij tot de laatste kruimel of schep pudding verorbert. Hij blijft een eigenzinnige man, die uiterst sober in het moederlijk huis blijft wonen, ook na de dood van zijn moeder, die onder Zelle's aanvankelijke protest onder politiebegeleiding uit het huis moet worden gehaald. Zelle overlijdt op 76-jarige leeftijd. Hij wordt gevonden, zittend achter zijn bureau. De politieagent die hem vindt, heeft later, als predikant, een bundel met volksverhalen over hem uitgegeven. Dominee Zelle was familie van de beroemde Margaretha Geertruida Zelle, bekend als Mata Hari.
dinsdag, november 10, 2009
In nuvere dûmny Een merkwaardige dominee
Doarmer las het volgende in Wikipedia:
Johannes Hendrikus Zelle (Leeuwarden 1907- 1983) was een markante en eigenzinnige predikant behorende tot de Gereformeerde Kerken in Nederland. Hij is geboren als zoon van Jacob Zelle en Antje Zelle-Brouwer. Hij is na een studie theologie aan de Vrije Universiteit(kandidaatsexamen 1944) betrekkelijk korte tijd werkzaam geweest als predikant in Friesland, maar zonder standplaats. Op 16 juni 1949 wordt hij in Rockanje beroepen, op 21 oktober 1949 wordt Zelle toegelaten tot het ambt, op 6 november daaropvolgend wordt de bevestigingsdienst gehouden in de Gereformeerde Kerk. Na een roerige periode, waarin Zelle op 'zijn eigen wijze' als predikant werkzaam is, vraagt hij vervroegd emeritaat aan, per 1 april 1956 wordt dat ingewilligd. Zelle staat dan in Rockanje en daarbuiten bekend als een excentrieke verschijning, met zijn relatief lange, zwarte haar, sportieve inborst, ongezouten meningen en felle stijl van preken. Als 'herder en leraar' van de gemeente functioneert hij niet zoals de inwoners van Rockanje zich van een dominee hadden voorgesteld: hij bekommert zich niet nadrukkelijk om het wel en wee van zijn kudde, de pastorie is niet het warme middelpunt van de geloofsgemeenschap (Zelle heeft geen verwarming en een geïnstalleerde kachel weigert hij te branden) en na wat onenigheid met het kerkbestuur waarbij Zelle ook beschuldigd wordt van eigengereid optreden in financieel opzicht (hij zou de pastorie hebben verhuurd ten bate van zijn eigen portemonnee) moet Zelle vertrekken. Zelle is (en blijft) ongehuwd, iets dat ook opzien baart, niet in de laatste plaats omdat hij gezien wordt als een aantrekkelijke man die met enige regelmaat warme belangstelling krijgt van het vrouwelijk deel van zijn parochie. Hij gaat terug naar Leeuwarden en trekt in bij zijn moeder aan de Gysbert Japicxstraat 82 en gaat iedere dag naar het zwembad in Huizem Zelle wordt een 'preektijger', die met zeer grote regelmaat uitgenodigd wordt door tal van kerkbesturen in het hele land, met name in het noorden. Hij komt, vaak op de racefiets, na een schriftelijke afspraak (een telefoon had hij nimmer) preken, krijgt de kerk vol met klippenklare, conservatieve en ouderwets ingedeelde preken, inclusief tussengezang, waarbij hij het onorthodoxe in de uitvoering niet schuwt. Zelle buldert, zingt, springt en boeit niet alleen daardoor de mensen: de kerken zitten doorgaans vol als Zelle komt preken. Zijn bezoeken aan dorpen waar hij komt prediken zijn vermaard: men weet, Zelle moet ontvangen worden met een stevige tot zeer stevige maaltijd, die hij tot de laatste kruimel of schep pudding verorbert. Hij blijft een eigenzinnige man, die uiterst sober in het moederlijk huis blijft wonen, ook na de dood van zijn moeder, die onder Zelle's aanvankelijke protest onder politiebegeleiding uit het huis moet worden gehaald. Zelle overlijdt op 76-jarige leeftijd. Hij wordt gevonden, zittend achter zijn bureau. De politieagent die hem vindt, heeft later, als predikant, een bundel met volksverhalen over hem uitgegeven. Dominee Zelle was familie van de beroemde Margaretha Geertruida Zelle, bekend als Mata Hari.
Johannes Hendrikus Zelle (Leeuwarden 1907- 1983) was een markante en eigenzinnige predikant behorende tot de Gereformeerde Kerken in Nederland. Hij is geboren als zoon van Jacob Zelle en Antje Zelle-Brouwer. Hij is na een studie theologie aan de Vrije Universiteit(kandidaatsexamen 1944) betrekkelijk korte tijd werkzaam geweest als predikant in Friesland, maar zonder standplaats. Op 16 juni 1949 wordt hij in Rockanje beroepen, op 21 oktober 1949 wordt Zelle toegelaten tot het ambt, op 6 november daaropvolgend wordt de bevestigingsdienst gehouden in de Gereformeerde Kerk. Na een roerige periode, waarin Zelle op 'zijn eigen wijze' als predikant werkzaam is, vraagt hij vervroegd emeritaat aan, per 1 april 1956 wordt dat ingewilligd. Zelle staat dan in Rockanje en daarbuiten bekend als een excentrieke verschijning, met zijn relatief lange, zwarte haar, sportieve inborst, ongezouten meningen en felle stijl van preken. Als 'herder en leraar' van de gemeente functioneert hij niet zoals de inwoners van Rockanje zich van een dominee hadden voorgesteld: hij bekommert zich niet nadrukkelijk om het wel en wee van zijn kudde, de pastorie is niet het warme middelpunt van de geloofsgemeenschap (Zelle heeft geen verwarming en een geïnstalleerde kachel weigert hij te branden) en na wat onenigheid met het kerkbestuur waarbij Zelle ook beschuldigd wordt van eigengereid optreden in financieel opzicht (hij zou de pastorie hebben verhuurd ten bate van zijn eigen portemonnee) moet Zelle vertrekken. Zelle is (en blijft) ongehuwd, iets dat ook opzien baart, niet in de laatste plaats omdat hij gezien wordt als een aantrekkelijke man die met enige regelmaat warme belangstelling krijgt van het vrouwelijk deel van zijn parochie. Hij gaat terug naar Leeuwarden en trekt in bij zijn moeder aan de Gysbert Japicxstraat 82 en gaat iedere dag naar het zwembad in Huizem Zelle wordt een 'preektijger', die met zeer grote regelmaat uitgenodigd wordt door tal van kerkbesturen in het hele land, met name in het noorden. Hij komt, vaak op de racefiets, na een schriftelijke afspraak (een telefoon had hij nimmer) preken, krijgt de kerk vol met klippenklare, conservatieve en ouderwets ingedeelde preken, inclusief tussengezang, waarbij hij het onorthodoxe in de uitvoering niet schuwt. Zelle buldert, zingt, springt en boeit niet alleen daardoor de mensen: de kerken zitten doorgaans vol als Zelle komt preken. Zijn bezoeken aan dorpen waar hij komt prediken zijn vermaard: men weet, Zelle moet ontvangen worden met een stevige tot zeer stevige maaltijd, die hij tot de laatste kruimel of schep pudding verorbert. Hij blijft een eigenzinnige man, die uiterst sober in het moederlijk huis blijft wonen, ook na de dood van zijn moeder, die onder Zelle's aanvankelijke protest onder politiebegeleiding uit het huis moet worden gehaald. Zelle overlijdt op 76-jarige leeftijd. Hij wordt gevonden, zittend achter zijn bureau. De politieagent die hem vindt, heeft later, als predikant, een bundel met volksverhalen over hem uitgegeven. Dominee Zelle was familie van de beroemde Margaretha Geertruida Zelle, bekend als Mata Hari.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten