Wanneer de geest denkt, praat hij tegen zichzelf
Plato
Mensen leven niet alleen maar in de objectieve wereld, noch alleen maar in een wereld van vertrouwde sociale activiteiten, maar zijn in hoge mate afhankelijk van de taal waarin hun samenleving zich heeft leren uitdrukken. Het zou een ernstige dwaling zijn te denken dat de mens zich eerst op de wereld instelt en pas in tweede instantie taal leert gebruiken, dat taal een bijkomend middel zou zijn om bepaalde communicatieve en intellectuele problemen op te lossen. De waarheid is namelijk dat de “echte” wereld voor een belangrijk deel het onbewuste resultaat is van de taalgewoonten van de gemeenschap.
E.Sapir
In onze omgangstaal is een basaal classificatieschema ingebouwd. Dit intrinsieke stelsel van classificatieregels stuurt ons dusdanig in onze waarneming, dat we die dingen opmerken welke we terstond kunnen ordenen aan de hand van de ons bekende namen, terwijl we geneigd zijn al het andere over het hoofd te zien of te negeren. Wij zien met onze categorieën.
W.Johnson
Doarmer vindt het ook aannemelijk dat taal en denken in een wisselwerking met elkaar staan , dus niet “eerst denken en dan spreken”. Door te “spreken”, wordt het denken op een hoger plan gebracht, maar het blijft inderdaad een probleem, dat je bij dat spreken woorden, een taal, gebruikt en die taal heeft nu eenmaal “gewoontes”.
Plato
Mensen leven niet alleen maar in de objectieve wereld, noch alleen maar in een wereld van vertrouwde sociale activiteiten, maar zijn in hoge mate afhankelijk van de taal waarin hun samenleving zich heeft leren uitdrukken. Het zou een ernstige dwaling zijn te denken dat de mens zich eerst op de wereld instelt en pas in tweede instantie taal leert gebruiken, dat taal een bijkomend middel zou zijn om bepaalde communicatieve en intellectuele problemen op te lossen. De waarheid is namelijk dat de “echte” wereld voor een belangrijk deel het onbewuste resultaat is van de taalgewoonten van de gemeenschap.
E.Sapir
In onze omgangstaal is een basaal classificatieschema ingebouwd. Dit intrinsieke stelsel van classificatieregels stuurt ons dusdanig in onze waarneming, dat we die dingen opmerken welke we terstond kunnen ordenen aan de hand van de ons bekende namen, terwijl we geneigd zijn al het andere over het hoofd te zien of te negeren. Wij zien met onze categorieën.
W.Johnson
Doarmer vindt het ook aannemelijk dat taal en denken in een wisselwerking met elkaar staan , dus niet “eerst denken en dan spreken”. Door te “spreken”, wordt het denken op een hoger plan gebracht, maar het blijft inderdaad een probleem, dat je bij dat spreken woorden, een taal, gebruikt en die taal heeft nu eenmaal “gewoontes”.
2 opmerkingen:
Plato's grot...Ergens dringt zich de gedachte aan me op aan 'tiisdeitemiddeis'.
Dr.Oetker, u heeft helemaal gelijk, het gaat op zo'n tiisdeitemddei alleen maar om "schaduwbeelden",de werkelijke wereld ziet er totaal anders uit, maar daar zijn ze nog nooit geweest en zij die er wel geweest zijn, zijn niet in staat dit aan de anderen uit te leggen.
Een reactie posten