Het aldus verworven geduld leert men later op mensen toepassen, door zich de gedachte eigen te maken dat ook zij, als zij ons hinderen, dit op grond van een net zo strenge, uit hun aard voortvloeiende noodwendigheid moeten doen als waarmee de levenloze dingen reageren. Vandaar dat het even dwaas is om zich over hun doen en laten op te winden als over een steen die ons in de weg ligt. Bij veel mensen is het nog het aller-verstandigste om te denken: ’veranderen kan ik hem niet, daarom zal ik hem maar gebruiken’.
Arthur Schopenhauer
Arthur Schopenhauer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten