Wanneer wij ons echter door de formele onmogelijkheid van de vraag naar het Niets niet in de war laten brengen en ondanks alles die vraag toch stellen, dan moeten wij tenminste voldoen aan de eerste eis waaraan elke vraag is onderworpen, wil het zin hebben haar te stellen: als men , hoe dan ook, het Niets – het Niets zelf – wil ondervragen, dan moet het eerst gegeven zijn. Wij moeten het tegemoet kunnen treden. Waar gaan wij het Niets zoeken? Hoe kunnen wij het Niets vinden? Moeten wij om iets te vinden, niet eigenlijk al weten dat het er is? Inderdaad! Over het algemeen is het zo dat de mens slechts dan kan zoeken wanneer hij van tevoren reeds heeft aangenomen dat het gezochte ook voorhanden is.
Heidegger
Heidegger
Geen opmerkingen:
Een reactie posten