Iemand “goed” noemen kan soms het tegendeel betekenen. Zo kun je bijvoorbeeld zeggen: “Arme man, het is toch zo’n goeierd!” De Spaanse dichter Antonio Machado was zich bewust van deze dubbelzinnigheid zoals blijkt uit wat hij schreef in zijn poëtische autobiografie: “Ik ben goed in de goede zin des woords …” Hij bedoelde daarmee dat “goed” in veel gevallen niets anders betekent dan gedweeheid, de neiging niet tegen te sputteren en geen problemen te veroorzaken, voor de muziek te zorgen terwijl de anderen lekker aan het dansen zijn, van die dingen.
F. Savater
F. Savater
Geen opmerkingen:
Een reactie posten