In zijn analyse van de ascese maakte Nietzsche
een scherp onderscheid tussen enerzijds de door hem met kwade blik doorziene
priesterlijke varianten en anderzijds de disciplinaire regels van de creatieve
geesten, de filosofen en de kunstenaars, en de exercities van de krijgers en de
atleten. Terwijl het de eerstgenoemden te doen is om een zogezegd pathogogische
ascese – de vakkundige zelfaanranding van een elite van lijdenden, die hen in
staat stelt andere lijdenden te leiden
en gezonden te verleiden tot mede-ziek-zijn, leggen de laatstgenoemden zich hun
reglementen alleen maar op, omdat ze daarin een middel zien om als denkers en
scheppers van werken hun optimum te bereiken.
P.Sloterdijk
Geen opmerkingen:
Een reactie posten