zaterdag, september 14, 2013

Oprjochtens Oprechtheid

Wie oprecht is jegens een trouweloze, vraagt om narigheid
 
Seneca
Tja, met die oprechtheid is het net als met de verontwaardiging, het lijkt Doarmer geen goede zaak als men er te vaak last van heeft. Zoals onder de verontwaardiging moralisme schuilgaat, zo vereist oprechtheid een zelfkennis, waarvan Doarmer twijfelt of deze wel haalbaar is. Wanneer is men oprecht, kent ieder werkelijk de motieven van zijn handelen, wordt niet iets verdrongen? Seneca gaat er blijkbaar vanuit, dat oprechtheid mogelijk is en komt met een heel praktisch advies, oprechtheid tegenover “gluiperds” is zeer onverstandig en daarmee is Doarmer het volkomen eens.

Geen opmerkingen: