Nu is het fêsteljûn en morgenochtend om 10.00 uur brengt de pater in de centrale hal de jiskekrúskes aan. Voor velen van ons begint dan een tijd van onthouding, en hierover krijg ik als zielenherder vaak vragen, bijvoorbeeld deze van Ysbrand W. uit A. “ Vader,” zei hij tegen mij,” u weet , dat ik graag en vaak uitgebreid dineer om op mijn eigen manier van de schepping te genieten. Nu is het wel zo, dat ik de komende tijd de bediening zal opdragen om tijdens de laatste gang de hoeveelheid slagroom op het ijs met 20% te verminderen. Is dit voldoende of moet ik ook nog iets doen aan de carpaccio vooraf?” “Natuurlijk niet, beste Ysbrand,” heb ik geantwoord, “ onthouding betekent dat je afziet van iets, wat je gewend bent en jij bent nu eenmaal veel gewend en bovendien, ik weet hoeveel slagroom voor jou betekent”. Op zulke momenten, als ik iemand bij zijn levensvragen heb kunnen helpen, realiseer mij steeds weer welk een dankbaar beroep ik toch heb en vergeet u niet morgen het askruisje te halen!
Uw pastoor te H.
Uw pastoor te H.
4 opmerkingen:
Ik ging vanavond langs de deuren en zong
Foekepotterij, foekepotterij
geef me een centje dan ga ik voorbij.
'k Heb geen geld om brood te kopen
daarom moet ik met de foekepotte lopen.
Foekepotterij, foekepotterij
geef me een centje dan ga ik voorbij
Die sokjes stonden jou prachtig
Ze zijn zwart geworden, want de rijke mensen wonen aan de zandweg. En daar liep ik helemaal naar toe. Maar die namen mij zo letterlijk. Ik kreeg een centje van hun, maar dan moest ik wel voorbij gaan.
Volgend jaar ga ik langs de deuren van het geasfalteerde gedeelte van onze weg. Daar staan flats dan kun je in enen veel meer deuren 'doen' en dan kan ik voor jou mijn witte sokjes de volgende dag ook weer aan.
Want daar houd jij zo van.....
Als het jongetje witte sokjes ziet, smelt hij weg
Een reactie posten