dinsdag, december 16, 2008

In laitsjende mûle Een lachende mond

Denn in dem geheimnisvollen, unergründlichen Antlitz des Lebens, mit dem lachenden Munde und den schwermütig blickenden Augen, suchen alle Geschlechter denkender und dichtender Menschen zu lesen, und auch das hat kein Ende.
Wilhelm Dilthey(1833-1911)

De filosoof Dilthey hat nogal moeite met de eindigheid in tijd en ruimte van de mens. Deze eindigheid is volgens hem nauwelijks te verdragen en het enige wat helpt is vergeten, doen alsof het leven oneindig is en dat lukt natuurlijk nooit helemaal. Daarom wordt de mens ook heen en weer geslingerd tussen hoop en wanhoop. De eendagsvlieg Doarmer kijkt anders tegen het leven aan, voor hem heeft het leven geen dubbele boodschap, een lachende mond en zwaarmoedig kijkende ogen, maar is het leven iets, dat maar één ding wil, namelijk geleefd worden en het is goed dat het leven eindig is. Een oneindig leven is een tegenspraak, niets zou nog een betekenis hebben, want “doe ik het vandaag niet, dan doe ik het misschien wel over 20 miljoen jaar of over 40 miljoen jaar, wat maakt het uit. Dit neemt niet weg, dat Doarmer bovenstaande uitspraak van Dilthey dichterlijk erg mooi vindt.

Geen opmerkingen: