woensdag, november 30, 2005

Tam tam

Voor het eerst sinds tijden weer iets van mijn zussen gehoord. Zus A. belde, dat ze tot half januari weer in Nederland is . Ze zoekt een huis in Nederland , maar dat valt niet mee, want ze wil alleen in Laren wonen “ der wenje ek de bern “. Het herinnert mij eraan, mijn andere zussen ook weer eens mijn sociale kant te tonen, maar misschien is het voldoende om er één op te bellen en de tam-tam gewoon zijn werk te laten doen. Deze zussen tam-tam bestond al lang voor het internet en functioneert nog steeds prima, de boodschap komt niet altijd ongeschonden over, maar de essentie wel en daar gaat het om. Ik ben ook niet bang voor de “macht” van deze tam-tam, ik ben de jongste en wat ik ook doe en gedaan heb, mij wordt veel vergeven. Mijn broer had er meer last van en hij wilde er wel eens ook tegen ingaan, wat natuurlijk zinloos was, zo’n tam-tam heeft zijn eigen logica en spelregels, daar begrijp je als man toch niets van.

Geitenfokkerij


Behalve I. weet nog niemand het, maar er komen grote veranderingen aan. I. en ik beginnen namelijk binnenkort een grootschalige fokkerij van Kirgizische berggeiten in het noorden van Groningen. De voorbereidingen zijn in volle gang. Vanuit Kirgizië zijn al honderden geiten onderweg in groepen van dertig, voortgedreven door zwijgzame, in zichzelf gekeerde herders met vilthoeden. De weg is lang en gevaarlijk en vooral het oversteken van het Oeral-gebergte en de rivier de Wolga zal moeilijkheden opleveren en zal tientallen geiten en herders het leven kosten, maar eens zullen ze arriveren en dan zijn wij er klaar voor. In het noorden rijden vrachtwagens af en aan met bouwmaterialen en met uit het hele land geronselde bouwvakkers. Gebouwen worden opgetrokken, land wordt onteigend, huilende gezinnen staan buiten in de vrieskou en weten niet meer, waar ze naar toe moeten, maar onze droom zal werkelijkheid worden. I. heeft speciaal deze geiten uitgezocht, omdat hun vlees en melk heerlijk smaakt en bovendien kun je van de geitenvacht schitterende jasjes maken, die perfect kleuren bij het blauw van haar ogen. Ik zie haar daar al staan in zo’n jasje , terwijl de zeewind met haar haren speelt. Maar goed, ik dwaal af…… Die fokkerij zal er komen, die moet er komen en niets zal ons tegenhouden. Als men ons in de komende tijd vraagt “ Hoe zit dat met die geiten?”, dan zullen wij antwoorden “ Ze zijn onderweg”.

dinsdag, november 29, 2005

Workshops

Vandaag stond in de Tubantia de volgende advertentie bij Opleidingen & Cursussen

OPLOSSINGSGERICHT COMMUNICEREN

Bent u geïnteresseerd in oplossingen of in problemen?
Kennismakingsworkshop oplossingsgericht werken .

Nu krijg ik het altijd even moeilijk, als ik het woord workshop lees, waarschijnlijk door associaties met “ werk aan de winkel”. Maar vooral dat merkwaardige gebruik van het woordje “of”, dit van twee walletjes eten gaat me echt te ver, als ik geïnteresseerd ben in problemen, dan zijn oplossingen wel het laatste, wat ik wil . Oplossingen hebben namelijk de vervelende eigenschap, dat ze problemen laten verdwijnen. En dan die tweede zin met “oplossingsgericht werken” . Wat bedoelen ze daarmee? Sneeuwschuiven in Haaksbergen? En bovendien hoe verdraagt dat zich met de kop “ oplossingsgericht communiceren”. In dat laatste geval ga je niet sneeuwschuiven, maar zeg je tegen de bewoners van Haaksbergen” Ziet, hoe mooi die sneeuw is, het zou zonde zou zijn om dat allemaal weg te halen, denk eens aan al die mensen, die geen sneeuw hebben en dat met de kerst voor de deur en u krijgt dat allemaal gratis.” Geef mij achteraf toch maar die workshop “ kerstballen versieren”, alhoewel misschien is het daar ook wel de bedoeling om zoveel mogelijk kerstballen in je bed te krijgen.

Elfen

Vandaag van R. een uitnodiging gekregen om in een weekend deel te nemen aan een veldslag tussen Orks en elfen. Het elfenleger heeft nog 200 krijgers nodig. Het ziet er goed uit , voor 179 euro krijg je een complete elfenuitrusting, kleding, bewapening en zelfs elfenoren zijn erbij. Mooi vind ik de aankondiging “trompetten schallen, de tegenstanders deinzen terug, terwijl de elfen heel beheerst hun eerste pijl aanleggen. Een commando klinkt en honderden pijlen zoeven door de lucht”. Daar wil je toch bij zijn, vooral met die fraaie puntoren.

maandag, november 28, 2005

Hardlopen

J., andere J. en M.Z. schijnen gesproken te hebben over het tempo van de hardloopgroep. J. liep de hele avond naast mij en zei voortdurend, dat ze bij mij wilde blijven, andere J. liep ook rustig, maar dat doet ze meestal en M.Z. kan nu eenmaal niet anders dan hard rennen, ook al zegt ze van niet, maar haar vertrouw ik niet, daarvoor ken ik haar te goed. Misschien moet ik mij maar weer aansluiten bij de heuvelgroep, waarin ook landgenoot F. actief is. In januari hoop ik in elk geval wedstrijdrijp te zijn. Dat mag ook wel, sinds de wedstrijd op Tessel zijn al weer een paar maanden verstreken en ik mis het toch wel . Het liefst zou ik weer een marathon lopen, maar dat kost veel tijd en mijn “ broodvoorziening” doet in de komende periode een groter beroep op mij, ja, ik word zwaar gestraft voor mijn zonden. Een 42 km door Rotterdam of Hamburg sluit ik echter niet helemaal uit. Misschien, dat J. ook wel eens een marathon wil rennen, ze is er wel aan toe. Voor mij blijft het de krijgersafstand, helemaal teruggeworpen op jezelf, bezig met iets zinloos, maar toch doorgaan, is de marathon als het leven. Je hebt vooral na 35 km momenten, dat je wilt opgeven, soms sterf je, maar je gaat door. Elke marathonloper weet, dat er in elk geval ná de dood nog een leven is. Na afloop is er niets fijner dan in het gras te liggen in de warme zon. Daarom wil ik ook geen marathon lopen, als het koud is.Dat éne moment van warmte en tevredenheid met alles om je heen, zou ik niet willen missen. Het is het gevoel, dat een krijger na een gewonnen veldslag heeft , de vijand is verslagen, men is bebloed, maar men leeft nog, ongetwijfeld zal er weer eens een nieuwe vijand opduiken, maar nu even niet.

Geluk in Twente

L. gaf mij vandaag een artikel uit de Volkskrant met als titel “Geluk moet je hebben”. De leukste zin vond ik geluk is mede afhankelijk van de manier waarop mensen hun leven bezien. Ik zou zelfs de neiging hebben om het woordje “mede”weg te laten. De zogenaamde werkelijkheid is een chaotische opeenvolging van gebeurtenissen , voorbij goed en kwaad, en wat wij daarin zien, bepalen wij zelf. Dat is onze vrijheid. Poëtischer gezegd , wij dromen onze eigen droom. Het artikel stelt naar mijn mening terecht, dat de manier waarop wij de wereld bekijken in ons karakter vastligt. Nieuwsgierigheid, bereidheid risico’s te nemen, openstaan voor ervaringen, zegt het artikel, zijn verankerd in de persoonlijkheid. Dit is het denken van Nietzsche, die stelt, dat leven altijd een wandelen langs de afgrond is en dat je zonder die afgrond , de risico’s ,nooit echt leeft. De vraag blijft echter of je ook niet gelukkig kunt worden bij het aanschouwen van een gemaaid gazon omgeven door een coniferenhaag. Ikzelf kan dat niet en ik vind het altijd onvoorstelbaar, wanneer anderen beweren , dat ze dat wel kunnen, maar ja, het leven blijft een droom en niet iedereen droomt hetzelfde.

zondag, november 27, 2005

Etymologie en jeugdsentiment



Geboren ben ik aan de Tsjonger, maar dat niet alleen, al in 1519 koopt een voorouder van mij, Ryoerd Tyedghes, land gelegen “ oen dae Tzongra”, zoals in de Oudfriese akte staat. De Tsjonger is de taalgrensrivier tussen het Fries en de Saksische dialecten in de Stellingwerven. Daar wordt de rivier door de Stellingwervers (in het Fries “ de Oertsjongsters” = zij die aan de overkant van de Tsjonger wonen) de Kuinder genoemd. Nu las ik onlangs op een website uit dat gebied een interessant artikel over de betekenis van de riviernaam. Sommigen zijn van mening, dat het “ kwaadaardig, schade toebrengend water” betekent, anderen denken meer aan “ schitterend, prachtig water”. Oudfries, Oudsaksisch en zelfs het Keltisch wordt erbijgehaald om de naam te verklaren. Wat mij betreft hebben beide groepen gelijk, want schoonheid kan heel wat schade aanrichten. Maar men gaat verder, de Stellingwervers willen graag aantonen, dat hun naam het oudst is, ze hebben altijd wat “ complexen ” t.o.v. het Fries en proberen dat soms op vreemde manieren te compenseren. Het is gewoon dezelfde naam met welke betekenis dan ook. Een “k” in het Nederlands is vaak “ ts” of “tsj” in het Fries . Kerk – tsjerke; elk – elts; kaas – tsiis; knap – tsjep ; kaak – tsjeak; Sneek – Snits en ga maar zo door. Bovendien kan een “nd” in het Nederlands wel een “ ng” in het Fries zijn. Donderdag – tongersdei; donderen – tongerje.
Ik wil maar zeggen, ze moeten verdorie van mijn rivier afblijven!

zaterdag, november 26, 2005

Sneeuw

Gisteren is oudste dochter H., young urban professional in het westen des lands, voor het eerst sinds maanden weer eens “ thuis” gekomen. Vanochtend koffie gedronken, wat gekletst over programmeren, databases en ook over “ intermenselijk “ gedrag o.a. over hoe je je als vrouw in een mannenwereld handhaaft.Bij dat laatste kwam zelfs het “scheermes” van de middeleeuwse scholasticus William van Ockham nog even ter sprake. Ik ben van plan me iets meer in deze figuur te verdiepen, want ik heb het gevoel, dat ik er wel iets mee kan. Buiten schijnt het land in rep en roer, omdat er wat sneeuw is gevallen. Het doet mij denken aan de winter van 1979, ik was nog niet zo lang getrouwd en we woonden op de boerderij van een kennis een paar kilometer buiten het dorp L. Maaike was zwanger (dochter H.!). Ik kwam op een ochtend beneden en dacht, wat is het nog donker, maar het bleek, dat de sneeuw tot de hoogte van de dakgoot was opgestoven. Met een slee naar dorp L. om voedsel te verzamelen!Na enkele dagen bevrijd door het leger! Ja mensen, dat waren nog eens tijden en niks geen mobieltje , je moest maar afwachten, of de buitenwereld nog wel bestond! Ik zag op TV –oost wat interviews met gestrande reizigers, de hulpeloosheid druipt er soms vanaf en een moment lang is er wat paniek in de kudde.

vrijdag, november 25, 2005

Gezellig

“ Wat is het hier toch gezellig”, zei I. vandaag tegen mij en inderdaad, het was me nog niet opgevallen, omdat ik natuurlijk weer werd afgeleid door haar prachtige blauwe ogen, die mij als twee door zonlicht beschenen vijvers aankeken, diepe, mysterieuze vijvers…. Maar goed, ik dwaal af, terug naar de gezelligheid. Buiten sneeuwde het en binnen was het warm. De koffie smaakte goed, H. was even terug uit het verre F. , de groep voerde “ ein silbernes Gespräch”, het paste allemaal. Als op dat moment een hongerige zwerver in schamele kleding, huiverend van de kou door het raam naar binnen had gekeken, was het helemaal perfect geweest, maar je kunt niet alles hebben.
Ik sprak ook nog even met L. en waarschijnlijk kwam het door diezelfde combinatie van sneeuw en duisternis, maar hoe dan ook voor het eerst sinds tijden deed ze weer eens wat aardig tegen mij en hoewel ik het niet helemaal vertrouwde wilde ik niet achterblijven en informeerde belangstellend “ het valt zeker niet mee met de auto zo door de sneeuw ?” Nou, dat had ik niet moeten zeggen, ze antwoordde meteen boos “ een beetje vrouw zit daar niet mee en nu moet ik weg, ik heb werkoverleg.” Ik realiseerde mij, dat voor sommige mensen werk toch wel heel belangrijk is en zelfs de naderende kerst brengt hen niet op andere gedachten.

donderdag, november 24, 2005

Een dagboek

Bloggen is leuk, maar vluchtig. In de 19de eeuw woonde er een boer in mijn geboortedorp, die over een periode van 50 jaar een dagboek bijgehouden heeft. Hij beschrijft de kleine en soms ook grote gebeurtenissen, die in het dorp plaatsvonden. Het dagboek is voor mij om een aantal redenen interessant. In de eerste plaats taalkundig , hij schrijft bijvoorbeeld in een Nederlands, dat doorspekt is met frisismen. Als hij het over het weer heeft, valt op hoe lang en streng de winters waren, er wordt voortdurend geschaatst . Regelmatig verdrinken er ook mensen, blijkbaar was de zwemkunst niet ingeburgerd, terwijl je dat in een waterrijk gebied wel zou verwachten.En omdat deze boer tegenover een voorouder van mij woonde, lees ik soms interessante details over mijn familie. De schrijver is nogal eens op pad met mijn voorouder Jurrit. Veelzeggend vind ik de manier, waarop men in die tijd met honden omging.

Twee citaten:

1850- Dingsdag 28 Mei heeft moeder naar Grootvaders geweest, want hij was wat ongesteld, des avonds heeft Sjoerd ons oude hond bello verdronken in het Tjonger omstreeks 15 jaar oud.

1871- Maandag 7 aug. Heeft Jacob ons hond doodgeschoten, sedert gistermorgen hevig ongesteld, misschien dolheid en vrij zeker ook gebeten op den 11 Julij j.l.

Ook merkwaardig is het volgende:

1848- Donderdag 15 Juni hebben vader, oom en ik naar de markt geweest daar hebben wij een groote Olifant gezien van 3 ellen, 6 palmen en 6 duimen hoog, wegende 4100 Ned. ponden en ook een groote reus van 8 voet en 11 duimen.

Wie haalt het nou in zijn hoofd om in 1848 een olifant helemaal naar Friesland te slepen en ik had die gezichten van de marktbezoekers wel eens willen zien en hun commentaar bij thuiskomst wel willen horen:
Hja: Wie d’er wat op de merke?
Hy: Né, net folle, kij, hynders , in keppel skiep en in groue olifant.

Overdenking







Kun je als vrouw nog wel zeggen , dat je gisteren een boek gelezen hebt?

woensdag, november 23, 2005

Merkwaardig onderzoek

Vandaag las ik in de krant,dat uit een onderzoek van het weekblad Opzij blijkt, dat vrouwen de voorkeur geven aan een boek boven seks. Zal ik op een verjaardag toch maar eens een boek meenemen, maar goed. Zo’n onderzoek vertrouw ik niet, volgens mij zit de boekhandel daarachter en hebben ze het onderzoek ook in een boekwinkel uitgevoerd. Ik stel mij dat zo voor: mevrouw is bezig een boek uit te zoeken, ineens staat de boekhandelaar achter haar en zegt” Ik zie, dat u een boek zoekt, maar heeft u niet liever seks?” Mevrouw taxeert heel even de boekhandelaar ( vergelijkbaar met type leraar)en denkt bij zichzelf, mijn God , hoe kom ik hier weg en antwoordt” Nee, ik heb toch liever een roman van Anja Meulenbelt” . Dit wil de boekhandelaar natuurlijk horen en zo krijg je merkwaardige onderzoeksresultaten.

dinsdag, november 22, 2005

Een oude foto

Vanavond zag ik bij het opruimen van een boekenplank twee kleine zwart-wit foto’ s uit mijn kindertijd, wat heet kindertijd, ik denk, dat ik ongeveer drie jaar oud was. Op de éne foto zit ik, klein lichtblond jongetje, op het erf van de boerderij op schoot bij mijn opa, stoere kerel, op de andere foto zit ik op een paard, mijn moeder zit achter mij, terwijl mijn vader, stoere kerel met snor, het paard vasthoudt. Mijn moeder is gekleed, alsof ze meteen na het nemen van de foto naar een deftig feest moest . “ Sil wol tocht hawwe, ik moat d’er wat kreas útsjen “. Zowel mijn moeder als mijn vader en mijn opa poseren echt. Ik houd daarvan. Mensen willen tegenwoordig spontaan op de foto en eigenlijk is dat onzin, je moet iets uitbeelden en dat zegt veel meer over iemand dan dat zogenaamde spontane, je laat zien, wie eigenlijk wilt zijn. De enige, die niet poseert op de foto’s, ben ik, maar ik heb een excuus, ik ben drie en ik ben blond en op één van de foto’s heb ik zelfs witte sokjes aan.

Enkele stellingen








Onrechtvaardigheden moet men allemaal tegelijk begaan om te bereiken dat ze minder gevoeld worden en dus minder krenkend zijn. Maar weldaden moet men, om te maken dat ze beter gevoeld worden, één voor één bewijzen.


Een heerser moet dus altijd overleg plegen, maar dan wel wanneer hijzelf dat wil en niet wanneer de anderen dat willen.


De mensen schrikken er minder voor terug iemand die zich geliefd maakt de voet dwars te zetten dan iemand die zich gevreesd maakt. Want liefde wordt in stand gehouden door bepaalde zedelijke verplichtingen die – omdat de mensen nu eenmaal slecht zijn – telkens wanneer het eigenbelang in het spel is, verbroken worden. Maar vrees berust op een zekere angst voor de straf, en die verdwijnt nooit.


Uit: Machiavelli De Heerser

maandag, november 21, 2005

Hardlopen

Had het kunnen weten. J. belt met haar zieligste stem op om te vragen of ik het eerste stuk met haar mee wil rennen, " maar ze gaat niet zo snel vanavond en of ik dat niet erg vind". Nee, dat vind ik niet erg, maar wel als dat zogenaamde langzame lopen maar vijf minuten duurt. Toen M.Z. erbij kwam, brak de hel helemaal los. Dit is nu al de tweede maandagavond op rij, dat ik gedwongen een " wedstrijd" loop. Gelukkig hebben de dames humor, want toen ik als stil protest even op kop ging lopen, zeiden ze " nou, jij gaat wel hard vanavond". Als ik op klompen had gelopen, waren ze allebei op dat moment gebroken, maar misschien is mijn logica wel een andere. In elk geval heb ik nog de troost van mijn stoomdouche.

Het maandaggevoel

Het bezoek bij G. gisteren was verrassend. Zo zie je maar weer. Vandaag gaat alles echter zijn gangetje. Je moet wel bovennatuurlijke gaven hebben om een wezenlijk verschil met vorige week maandag vast te stellen of met al die maandagen daarvoor. Stiekem hoop ik, dat er een mus door het zoldarium vliegt, zodat ik die kan neerknallen, maar zelfs dat gebeurt niet. Godsdiensten zouden zich met de vraag bezig moeten houden "Is er een leven voor de dood? En, zo ja, geldt dit ook voor de maandag?" Volgens mij zijn mensen op een maandag tot alles in staat, alleen al uit pure wanhoop. Op een dinsdag zou ik nooit zomaar een mus uit de lucht schieten, maar op een maandag zou ik zelfs publiekelijk op de televisie een zeehond opeten, mits natuurlijk goed bereid.

zaterdag, november 19, 2005

Zaterdagochtend

Ik heb net een duurloop van anderhalf uur gedaan door een “ winterachtig” landschap, de zon schijnt, de koffie geurt, ik zie B. de courant brengen, kortom het is zaterdagochtend. Gisteren heb ik een foto van dochter N. uit Amerika op het web gezet en ik ben benieuwd of ze nog reageert. Ik moest ontzettend lachen, toen ze mij belde. Haar talent om zich in de nesten te werken is werkelijk onovertroffen, maar uiteindelijk gaat het er niet om hoe je valt, maar hoe je weer omhoogkrabbelt. Zoon H. is dit weekend thuis, maar aangezien zijn leefritme wat uit fase is, zal ik hem weinig zien. Misschien tref ik hem vannacht, want ik ga vanavond naar het “ heitelân” om met mijn oude klasgenoten de edele kunst van het tachtigen te beoefenen. Morgen ga ik naar G., want ze is jarig.Dus nog even nadenken over een cadeautje. Ik zal haar ook vragen hoe het met die workshop “ kerstballen versieren “ zit, ik blijf dat fascinerend vinden.

vrijdag, november 18, 2005

De heksendochter

Overpeinzingen in de stoomdouche

Zittend in de stoomdouche, terwijl zweetdruppeltjes hun weg naar beneden zoeken en het warme licht als een goddelijke vlam op je neerkijkt, denk je bijna automatisch terug aan wat er in afgelopen week gebeurd is .Om te beginnen werd de hardloopgroep maandagavond uit een relatieve rust wakker geschud. Een half uur liep ik samen met J. Het eerste, wat ze altijd verontschuldigend tegen mij zegt is, dat ze rustig wil lopen, nou dat heb ik geweten. Gelukkig heeft ze een lange paardenstaart, waarmee je haar kunt afremmen. Toen kwam de rest van de groep erbij. M.Z. liep voor het eerst sinds tijden weer mee, nou dat heb ik geweten. Toen we na een uur en een kwartier de brug tussen Wierden en Almelo opliepen, was het alsof ik een alpentop beklom. M.Z. speelde natuurlijk de onschuld. Wat is dat toch met vrouwen, ik begrijp er niets van en eigenlijk wil ik dat ook niet! De dinsdag was interessant, veel geleerd over groepsgedrag. Ook de woensdag was , zoals al gezegd, boeiend, ook omdat ik met een openlijke machtsstrijd geconfronteerd werd. Zoiets maakt je hele dag goed. Ik weet nog niet of ik het spel meespeel of in de rol van toeschouwer ga zitten, je moet wel een waardige tegenstander hebben, anders is het niet leuk. Ik heb daar met B. over gesproken, hij begreep mijn dilemma. Woensdagavond was de rust gelukkig teruggekeerd in de hardloopgroep. Dat is mij veel waard, hardlopen is een sociaal gebeuren, alleen als het er op aankomt, in de wedstrijd, dan ga je tot het uiterste. Zo leef ik ook. Donderdag was rustig. Ik heb de hele avond wat voor de tv en “ achter” de computer gehangen, buiten was het kil en donker. Soms is nietsdoen heerlijk.En nu is het vrijdag en ik neem mijn stoomdouche (God bestaat). Maaike gaat dit weekend de nachtdienst in en ik ga zaterdagavond op bezoek bij mijn “ freonen yn it heitelan” .

donderdag, november 17, 2005

De Tsjonger















Do streamst dêr mei dyn boartlik wetter,
in blaue trie frisseljend troch it grien,
op wei nei in sé, dy’t net mear is
en nea mear komme sil,
mar dochs bist greatsk en swiid,
streamke fan myn bernetiid.

De stelling van vandaag

Tegen het berouw.-De denker beschouwt zijn eigen handelingen als pogingen en vragen teneinde ergens uitsluitsel over te verkrijgen: welslagen en mislukking zijn voor hem in de eerste plaats antwoorden. Maar over het feit, dat er iets verkeerd gaat, te ergeren of zelfs berouw te voelen - dat laat hij over aan diegenen, die handelen omdat het hun bevolen wordt en die klappen te verwachten hebben als hun genadige meester met het resultaat niet tevreden is.

Fr. Nietzsche

woensdag, november 16, 2005

De bloem van het Balloerveld

Etappe Zuidlaren –Rolde (15 oktober 2005)

Of: De bloem van het Balloërveld

De zomer leek nog één keer de laatste krachten te geven toen de groep over het Balloërveld trok. Warme zonnestralen gaven de heide een haast bedwelmend aanzien. Zelfs de wind voelde lauw aan op deze oktoberdag. De groep bewoog zich dan ook loom en langzaam over de smalle zandpaadjes, genietend van de stilte en de eindeloze paarse verten, onderbroken door een enkele eenzame boom. Aangekomen bij een heidevennetje stopte men even en Inge streelde met haar handen voorzichtig over het wateroppervlak en het dankbare diepblauwe water weerkaatste in haar ogen en terwijl ze haar korenblonde haren zachtjes schudde, begon ze een droevig lied te zingen. Ineens stopte ze en zei met ontroerde stem” Kijk, het lijkt wel of er een rode roos onder het water groeit ” We keken allemaal en inderdaad, daar midden op het Balloërveld op een zonnige oktoberdag zagen we onder het water een wonderschone rode bloem. Inge trok een lint uit het haar, knoopte er een lus in en probeerde daarmee de bloem te vangen, maar op het moment dat ze dit deed, kwam er een rimpeling in het water en de bloem was verdwenen. Teleurgesteld keek zij ons aan met haar prachtige blauwe ogen. Hoe was dit mogelijk? “ Dit doet mij denken aan een verhaal, dat ik eens in Oostenrijk heb gehoord”, zei Louise en ze begon te vertellen.
Vele jaren geleden leefde er in Oostenrijk, in Karinthië, een jonge man, Sepp genaamd. Hij hield van de natuur en was een goede klimmer. Elke dag was hij in de bergen te vinden en hij kwam op plaatsen, waar niemand zich waagde. Zijn meest geliefde plek echter was een hoge rotspunt bij een waterval, want op deze plek groeide het laatste edelweissplantje van heel Karinthië. Urenlang en soms zelfs dagenlang lag Sepp op zijn buik voor dit plantje en keek bewonderend naar deze bloem met de blaadjes van zijde. Anderen konden het plantje wel vanuit de verte zien, maar niemand, behalve Sepp, durfde deze rots te beklimmen. Nu wilde het geval, dat even buiten Sepp’s dorp een vrouw woonde, waar iedereen eigenlijk een beetje bang voor was. Haar hart was namelijk koud als ijs en het enige, wat voor haar belangrijk leek, was het verzamelen van spullen. Ze stapte zomaar op de dorpsbewoners af en zei dan“ Mag ik dat hebben, dat wil ik graag”. Vaak gaven ze haar iets, al was het maar een steen of een aardappel om van haar af te zijn. En soms hielp dat en dan sleepte ze die dingen mee naar haar huisje, maar niemand begreep, wat ze er nu eigenlijk mee wilde. Dat wist ze zelf ook niet, het ging haar om het hebben, want zoals ik al zei, haar hart was koud als ijs. Meestal droeg ze een eigenaardige broek, met grote zakken, waar veel in kon. “ Zo’n vrouw ken ik ook “ zei Marjan. “ Stil”, zei Louise, “ Ik wil mijn verhaal afmaken”.
Op een dag nu liep Sepp, op weg naar de bergen langs het huisje van deze vrouw en toen hij haar zag met haar spulletjes en haar eigenaardige broek, werd hij door de pijl van Amor getroffen, hij smolt bijna letterlijk weg. De vrouw had dit meteen door en greep haar kans, want zoals ik al zei, haar hart was van ijs. “ Lieve jongen” zei ze “ ik wil heel graag iets hebben en als jij mij dat geeft, mag jij mij kussen”. Dat wilde Sepp natuurlijk maar al te graag en hij riep “ Desnoods sleep ik voor elke kus een rotsblok naar je huis”. “ Geen rotsblok, malle jongen”, sprak de vrouw met het hart van ijs “ Ik wil het laatste edelweissplantje van Karinthië en dat ga jij voor mij plukken”. Even was Sepp stil en heel diep in zijn onderbewustzijn was een stem, die zei, dit mag niet, dit is slecht, maar het duurde slechts even en toen rende de verliefde dwaas weg om zo snel mogelijk het edelweiss te plukken. Zelfs boven op de rots kwam de verblinde jongeman niet tot inkeer en hij rukte het laatste edelweiss van Karinthië los en op dat moment verduisterde heel even de hemel, zo groot was de zonde. Sepp rende terug en bezweet en verhit stond hij voor de vrouw, het plantje in zijn knuist. Deze greep het onteerde plantje en zei met een koel lachje tegen de verliefde jongeman .“ Jou heb ik niet meer nodig, ga weg” . Op dat moment realiseerde Sepp zich wat hij gedaan had en hij wist, dat zijn leven geen zin meer had. Met hangende schouders liep hij terug naar de waterval, beklom de rotspunt en stortte zich naar beneden. Terwijl hij viel, waren zijn laatste woorden “ Vergeef mij, ik deed het uit liefde”. En God vergaf hem, niet helemaal natuurlijk ,maar wel een beetje, want sinds die tijd zien bezoekers, die onderaan de waterval staan op sommige dagen en bij bepaald weer in het water een edelweissplantje.
“ Hoe is het met die vrouw met het hart van ijs afgelopen?” zei Marjan . “ Zoals het altijd met zulke vrouwen afloopt”, sprak Louise “ ze heeft later een man ontmoet, die een winkel in kantoorbenodigdheden had en nu verkoopt ze paperclips”
Iedereen had na dit verhaal tranen in de ogen, wat bij Inge tot gevolg had, dat het blauw nog hemelser werd. Schoonheid en verdriet zijn nu eenmaal onafscheidelijk.


Doarmer

Tessel















Sé, sé, dou wide sé, hwat leist dêr drôgjend hinne,
hwa seit, hwat ûnk en wé yn dy bisletten binne.

út: Fryslân sjongt

Een boeiende dag

I. fluisterde in mijn oor, dat deze dag heel boeiend was door alles wat er gebeurde en dat het maar goed was ,dat ik dat niet allemaal van tevoren wist. Ik had zelf ook wel het gevoel, dat deze dag anders was dan andere dagen, maar dat het zo ingrijpend was, dat had ik natuurlijk weer niet door. Zo blijf je je altijd verbazen en het bewijst de stelling, dat alles wat je kunt bedenken, ook gebeurt, is het niet vandaag, dan wel morgen. Toch verwonderlijk, dat het juist nu moest gebeuren. Ook al lijken de dagen zich eenvormig voort te slepen, het is niet zo. I. heeft dat blijkbaar heel goed door. Ik zal beter op haar letten, want daar leer ik veel van.
Behalve dit sensationele is er vandaag niets gebeurd. Er schijnt wel een artikel in de krant gestaan te hebben, waar sommigen zich ontzettend over opwonden.Nieuwsgierig heb ik de krant doorgelezen, maar ik heb niets gevonden! Misschien let ik op de verkeerde dingen. Ik zal toch I. eens vragen.

dinsdag, november 15, 2005

Pieterpadwijzer Meerlo in Limburg

Samar in dei

Net eltse dei kin men in boppeslach meitsje. Juster myn "tomke" ferlern, hjoed in protte rein, it eaze, sadat ik wiet op skoalle kaam. Om healwei fjouweren in gearkomste, dertroch yn it tsjuster thus, wer wiet. Om koart te kriemen, it wie in dei om te ferjitten.

maandag, november 14, 2005

appeltaart








Vandaag heb ik een zelfgebakken appeltaart geproefd en het klopt, wat mevr. Heubach- de Vries, schrijfster van het boek "De huisvrouw en haar keuken en de diepere betekenis hiervan", zegt:

Niets smaakt zo lekker als een appeltaart, gemaakt door een huisvrouw uit Hengelo. Deze unieke combinatie van grondsoort en toewijding vind je nergens anders op de wereld.

zondag, november 13, 2005

Weerselo















Een jongensdroom kwam uit. Het verkeer regelen in het buitengebied van Weerselo

Pieterpad


Vandaag heb ik samen met vier anderen een stuk van het Pieterpad gelopen. Ik weet niet of het door het weer kwam, er stond een koude wind, maar de sfeer was erg grimmig. Dit belooft wat voor de komende winter. Ik zal mij in de naderende donkere dagen dan ook troosten met het Encheiridion van Epictetus, waarin de volgende woorden staan:


" Wie dus vrij wil zijn, moet noch wensen, noch trachten te ontvluchten wat in de macht van een ander ligt; anders moet hij wel de slaaf van die ander zijn"

en

" men wordt niet gekweld door hetgeen gebeurd is, maar door de houding tegenover het gebeurde"

donderdag, november 10, 2005

lord of the rings

Binnenkomer

Vandaag was het een grijze dag, maar gelukkig las ik in de Tubantia, dat er in Almelo een workshop " kerstballen decoreren" is. Als ik zoiets lees knap ik meteen weer op.