Over het algemeen beweren we dat onze gewaarwordingen persoonlijk zijn. We zeggen dingen als: ‘Alleen ik weet welke pijn ik nu voel’.En met pijn bedoel ik datgene wat ik nu in mijn arm voel. Daar heeft niemand anders toegang toe. Deze manier om betekenis aan een woord te geven, namelijk door het te gebruiken voor iets ‘dat alleen ik weet’ , lijkt een basis te bieden voor een persoonlijke taal, een taal die in essentie alleen voor mij is. Het is een betoverend idee en het is bovendien het idee waartegen Wittgenstein zich verzet in zijn strijd tegen de mogelijkheid van een dergelijke persoonlijke taal. Sterker nog, Wittgenstein bedrijft filosofie als ‘het gevecht tegen de betovering van onze intelligentie door taal’.
P.Cave
P.Cave
Geen opmerkingen:
Een reactie posten