donderdag, mei 22, 2008

Immen sjocht Iemand ziet

Hylas – Stel dat u vernietigd zou worden, kunt u zich dan niet voorstellen dat het mogelijk is dat de zintuiglijk waarneembare dingen toch blijven bestaan?
Philonous – Jawel, maar dan wel in een andere geest. Wanneer ik ontken dat de waarneembare dingen onafhankelijk van de geest bestaan, dan bedoel ik niet speciaal mijn geest, maar alle geesten. Nu is duidelijk dat de dingen een bestaan buiten mijn geest hebben, daar ik uit ervaring weet dat ze er onafhankelijk van zijn. Daarom is er een andere geest waarin ze bestaan, gedurende de tussenpozen dat ik ze niet waarneem. Zo bestonden ze eveneens voor mijn geboorte en zullen ze wel bestaan na mijn te verwachten verscheiden. En daar hetzelfde geldt voor alle andere eindige, geschapen, geestelijke wezens, volgt daaruit noodzakelijkerwijs dat er een alomtegenwoordige Geest is, die alles weet en begrijpt en dingen zo aan ons laat zien en overeenkomstig die regels, die hij zelf heeft vastgesteld en die door ons de Wetten van de Natuur worden genoemd.

Berkeley: Derde dialoog

Geen opmerkingen: